Alledaags

Douchedeur

Toen wij twintig jaar geleden de mogelijkheid kregen om een eigen huis te laten bouwen voelde dit spannend en vooral luxe. Dit laatste geldt vooral voor de onwetende buitenwereld, mensen die denken dat alles je komt aanwaaien en zich afvragen ‘waar ze het van doen’. In werkelijkheid werk je je samen drie slagen in de rondte, stel je je kinderwens uit, heb je een budget en een gemeente die bepaalt wat wel en niet mag binnen het geldende bestemmingsplan. Naïef als ik was maakte ik me daar geen zorgen om. Tuurlijk had ik de halve gemeente al horen klagen over hoe vervelend de Welstand kon zijn. Maar als werknemer verwachtte ik dat het allemaal wel mee zou vallen.

Wij hadden geen gekke plannen, vonden we zelf. De haast honderd jaar oude dijkwoning stond op instorten en was (mede door het achterstallige onderhoud) nou niet bepaald meer een streling voor het oog. Een bouwvergunning voor een nieuw huis op deze locatie in normale kleurstellingen, dat moest toch lukken? In gedachten zagen we onszelf al zitten: spelletjes doen rondom de houtkachel in de ruime woonkamer. De entree aan de zijkant om meer leefruimte te krijgen. In het pakket dat de bouwer aanbood zat ook een garage. Die hadden we niet per sé nodig maar het ding schrappen zou minder opleveren dan de prijs om er eentje laten bouwen. Stel je voor dat we die aan ons huis konden zetten zodat je inpandig doorgang zou hebben? Hoe leuk om ineens een hobby,- klus,- of mancave te hebben. Nee, we gingen hem dan niet als garage inzetten en lieten de tekening aanpassen met twee gezellige ramen en een normale deur.

Om de week op dinsdag kwam de welstandscommissie bijeen en had je gelegenheid om je plan te bespreken. Mits je je tijdig had aangemeld tenminste. Monter en licht opgewonden stonden wij klaar met ons plan waar we zo gelukkig van werden. Allebei vrij genomen en zin in een fijne middag. Het gesprek liep anders dan verwacht. De vijf man sterk achter de tafel maakten een verveelde en ongeïnteresseerde indruk. ‘Een voordeur aan de zijkant? Dat past niet in het bestemmingsplan, hij moet aan de voorkant. Tja, dan moeten jullie de kachel inderdaad verplaatsen want we willen wel veel ramen aan de voorzijde. Een garage/berging/schuur moet losstaan van het huis, minimaal op een meter afstand. Het is lintbebouwing he, dat gaan we niet helemaal dichtmaken. Jullie zijn de dames van het folderwoninkje toch?’ De wetenschap dat we deze mensen nog nodig hadden, was de enige reden dat ik die vent niet over tafel trok van woede.

De nonchalance waarmee onze plannen in vijf minuten van tafel werden geveegd, de arrogante opmerking over het feit dat wij een bestaand model hadden uitgekozen. Niet iedereen heeft een budget dat groot genoeg is om alles door een architect te laten tekenen. Nu moesten we niet alleen extra kosten maken voor aanpassingen, ineens was alles anders. De garage zou alleen van buitenaf bereikbaar worden. Met de voordeur aan de voorkant paste de kachel daar niet. We wilden hem zo graag dus was verplaatsen de enige optie. Maar door dat te doen, zou het rookkanaal ineens boven dwars door de plek gaan waar de badkamer gepland was. En die was al niet zo groot. Potver. Het wensenlijstje voor de badkamer lukte op deze manier nooit. Nee, we hadden ons niet eerder in het bestemmingsplan verdiept. Wisten wij veel, dit hadden we toch nog nooit gedaan? Na bodemonderzoek bleek dat de vervuiling meeviel: een moestuin was niet aan te raden maar een huis bouwen kon. Wel was het drassiger waardoor er langere heipalen moesten komen.

Lang verhaal kort, na een hoop extra kosten, weken en verlofdagen verder lukte het uiteindelijk om de bouwvergunning voor elkaar te krijgen. Na de zoveelste keer bellen waar hij bleef, wilde mijn lief niet wachten op de postbode en is hem persoonlijk gaan ophalen om de bouw eindelijk te kunnen laten beginnen.

Door het verschoven rookkanaal wijzigde niet alleen de indeling beneden maar ook boven. Na opoffering van een slaapkamer konden we wél een badkamer inrichten zoals we voor ogen hadden.  En nadat de vergunning binnen was, ging de bouw gelukkig voorspoedig. Dat moest ook wel, want inmiddels was er een kindje op komst dat we graag een slaapkamertje wilden geven dat klaar was. Door het niet eindeloze budget moesten we hier en daar concessies doen. Op de basis wilden we niet beknibbelen, maar details die konden wachten lieten we voor wat het was.

Zo kwam het dat onze fijne douche-nis geen deur had toen ons huis klaar was. De opening had geen standaard maat en voor maatwerk hadden we simpelweg geen geld meer. Nou ja, het was er misschien wel maar er moest ook een kinderwagen komen, vloeren door het hele huis, gordijnen, verf en meer van dat soort dingen. Douchen zonder deur lukt ook, dan leg je maar een handdoek voor de ingang van de nis. 

Op wonderbaarlijke wijze douchen we nu, achttien jaar later nog steeds zonder deur. Er was altijd wel iets waardoor het dure ding voor ons uitgeschoven werd. Dan weer was de auto kapot of de wasmachine, het schoolgeld van ons kind viel tegen of de verzekering dekte een medische ingreep niet. We waren eraan gewend en ook ons kind wist niet beter. Maar de wens om een deur bleef. Zeker omdat ons huis inmiddels niet nieuw meer is en de badkamer slijtagespoortjes begint te vertonen. De mengkraan van de douche kan bijvoorbeeld niet zo heet meer als eerst. Die zouden we willen vervangen, maar eigenlijk is meer in de badkamer aan vervanging toe. Een verbouwing waarvoor we weer moeten sparen. En ga je dan nu een dure douchedeur aanschaffen terwijl die, als we opnieuw gaan inrichten, misschien niet meer past? Zucht.

Gelukkig is mijn lief doortastend en bedacht deze zomer een noodoplossing. Ze kocht een niet al te dure deur in een standaard maat. Door hem niet in de ingang te monteren maar een stukje verderop, paste het toch. En mochten we verbouwen, kan deze eraf geschroefd worden en herplaatst. Na achttien jaar hebben wij eindelijk een douchedeur! Het was wel even puzzelen voordat hij hing. Naar buiten openen was te link, want dan zou hij tegen het bad stoten. De opening dus naar binnen, gelukkig zijn we (nagenoeg) slank. Met een transparant rubber dopje hier en daar stoot je hem nu niet kapot. We genieten van het feit geen handdoek meer neer te hoeven leggen en de rest van de badkamer blijft droog. Eindelijk heb je het niet meer steenkoud wanneer het raam openstaat of iemand in- of uitloopt. Wat een genot.

Toen ik vanmorgen slaapdronken onder de douche wilde stappen, schraapte de douchedeur over mijn linker teen. Met bloed tot gevolg en een kreet die ons kind (verderop in ons huis) kon horen. Nu alleen nog even schakelen, na achttien jaar een douchedeur is het toch nog wennen.