Alledaags

Banketbakker

In ons centrum zit een banketbakker waar ik dolgraag zou willen werken. Nou ja, eigenlijk omdat alles zo lekker is. Misschien is het beter om er niet te werken, want ik zou zelf de beste klant zijn. En dat kan natuurlijk niet.

Mijn lief heeft ooit een tijdje in een elektronicawinkel gewerkt. Ik werd er gek van. Ineens hadden wij van alles nodig, of het oude moest vervangen worden. Ja en die personeelskorting, voor dat geld zou het zonde zijn om het niet te doen. Plotseling moesten we een nieuwe tv, koffiemachine, broodbakker, keukenmachine, wekkerradio’s, camera’s en meer. Ik was blij dat er op een gegeven moment een carrièremove gemaakt werd, waardoor aan dit koopgedrag en die enorme stroom nieuwe spullen enigszins een einde kwam.

Maar nog even over die banketbakker. Ik wil er niet alleen heel graag werken, ik ben er denk ik ook  heel geschikt voor. Ik kan heel gezellig kletsen en leuk cadeautjes inpakken. Door mijn snackbarervaring ben ik goed met wisselgeld, ook als de kassa het niet voorrekent. Ik kan echt te doen hebben met een lieve caissière die, als ik € 10,80 moet afrekenen, de door mij aangeboden euro afslaat als ik met een biljet van 20 aankom. Nee, je moet lekker € 9,20 teruggeven! Ik weet niet of het nog zo werkt, maar toen ik in een winkel werkte, moest je betalen voor de rolletjes kleingeld. Is dat nog zo? Ik vind het altijd een beetje sneu voor het meisje, ze snapt het niet. Maar ik moet niet zo kribbig doen, het duurt soms een tijdje. Net als bij mij, ze leert het wel. Over een tijdje. Maar ik dwaal af. Ik was aan het vertellen waarom ik denk dat ik zo in die banketbakkerij kan werken.

Het belangrijkste is toch wel mijn assortimentskennis. Noem een gebakje en ik weet ‘m. Te beginnen met de klassiekers natuurlijk; de Moorkop, Slagroom-, Mokka- of Appelpunt. De Tompouce (in mijn banketbakker verkrijgbaar met slagroomvulling en roze afgetopt, of met Mokka topping en zalige banketbakkersroom en slagroom ertussen), er zijn roze Kasteeltjes, Appel carrés, Vruchtenschelpen en Bananensoezen. Maar mijn banketbakker heeft meer. Een van mijn favorieten is de Weense Kersenpunt. Alleen de naam is al goddelijk. Op de deegbodem zit een laagje kersen (oppassen hoor, want soms zit de pit er nog in) met daarboven een laag wit schuim, vermengd met stukjes witte chocola. Dat deel smelt op je tong. Daarbovenop een dikke laag luchtige slagroom, vrolijk bedekt onder een laagje dun geraspte melkchocolade. Het Mokka-karamelslofje is ook zo’n topper. Krokant gebakken slofje met zachte spijs vulling, verstopt onder zachte karamel, met erbovenop een luchtige mokka crème. Dit alles onder een laagje lichtbruine chocola. Had ik al gezegd dat ze de chocola ook zelf maken? Die slofjes zijn er ook met fruit. Heel Zaanstad kent het Turko taartje; zachte hazelnootschuim met vanillevulling met heel veel hazelnootjes. Verder maken ze bonbons, koekjes en de zaligste Petit Fourtjes. Kleine zachte Bitterkoekjes met crème, gedoopt in chocolade met bijvoorbeeld een Amarena kersje erop. Of een gesuikerd hazelnootje. Die Petit Fourtjes hadden overigens van mij best Grande Fours mogen zijn. Dat doosje van ongeveer €13,- heb ik namelijk heel snel leeg. Als ik mijn lief blij wil maken moet ik een zakje Amandelkrullen meenemen. De Gemberkoekjes hebben ze een tijdje geleden uit het assortiment gehaald hoorde ik. Dat begreep ik. Ik ken niemand, behalve mijn vader, die ze lekker vond.

Ik wil daar zó graag zijn, dat ik ze jaren geleden een keer heb opgebeld. Omdat ik zo graag een chocoladeworkshop wilde doen met mijn collega’s, maar waarom zij dit niet verzorgden? Was dat brutaal? Best wel een beetje denk ik. Maar het heeft wel gewerkt. De banketbakker vond het een enorm leuk idee. We maakten een prijsafspraak en prikten een datum. Jongens wat een topmiddag hebben we gehad. Alleen al het lopen achter de schermen van ‘mijn banketbakker’ vond ik al geweldig. Het aanschouwen van al die enorme machines en koelcellen indrukwekkend. De chocolademachines stonden boven. We kregen uitleg over chocola en er lagen heerlijke ingrediënten voor ons klaar. We maakten bonbons, pindarotsjes en andere chocoladefiguren. Ik kan me geen keer herinneren dat ik zó snel vanuit het centrum naar huis gefietst ben. Alsof ik een koffer met tien miljoen bij me had, zo gedroeg ik me. In werkelijkheid was het een tasje met twee kilo chocola. Dat niet alleen zo zalig in mijn mond smelt, maar die dag, ook in het tasje als ik niet oppaste. Het was 30 graden buiten. Haast was dus geboden.

Onze bruidstaart kwam natuurlijk ook uit die winkel. Hij was 7 etages hoog. Eindelijk een excuus om ongegeneerd een enorme hoeveelheid taart te bestellen bij de lekkerste bakker! Nee, wij wilden niet het standaardmodel. Wij kozen voor de Champagnetaart, we hadden toch iets te vieren?! Hij was groots, indrukwekkend, zo mooi en hoog. Het hotel waar wij ons feest vierden vroeg ons diep in de nacht wat ze moesten doen met de resterende taart? De bovenste twee kleinsten waren over. Ze hadden ze in de koeling bewaard en wij hebben ze de volgende dag mee naar huis genomen. Taart van deze banketbakker is na drie dagen gewoon nog lekker. Moet je met een andere taart eens proberen. Van de smaak van de bruidstaart kan ik me echt niets meer herinneren. Prima reden om weer eens naar binnen te wippen lijkt mij. Assortimentskennis mag natuurlijk nooit versloffen mocht ik een carrièremove overwegen. Misschien, als ik twaalf keer hun naam noem in dit verhaal, krijg ik een paar puntjes cadeau…