Alledaags

Op de elektrische fiets

Wat hebben we gelachen eerder dit jaar, om alle reacties op mijn gezeur over de elektrische fiets. Het leek wel alsof trotse bezitters, het nodig vonden om zich te verontschuldigen. Mijn hele oordeel is natuurlijk gebaseerd op het onbekende. Zoiets als ‘wat de boer niet kent’. Des te hilarischer was het afgelopen week, toen ik noodgedwongen zelf op een elektrische fiets moest. EEN elektrische fiets inderdaad, want ik heb er zelf geen één.

Omdat ik vooraf wist dat ik ermee weg moest, kregen ook anderen er lucht van. ‘Jij? Op een elektrische fiets? Daar hield je toch niet van?’ Het was niet anders, het was even de beste optie. Ik moet toegeven dat ik vooral bang was dat het ding met me aan de haal zou gaan. Dat ik gelanceerd zou worden en na een driedubbele flikflak opgevouwen in een weiland zou eindigen. Of erger; platgereden op straat. Datzelfde angstzweet had ik ook toen ik ooit met collega’s op een Solex moest. Iedereen was enthousiast behalve ik. Pas nadat iedereen vrolijk weg getuft was en ik een halfuurtje op weg was, kon ik een beetje ontspannen en moest ik toegeven dat het niet eng was maar eigenlijk best leuk. Aan het eind van de Solexrit vond ik het bijna jammer dat we gingen borrelen, ik had nog wel even door willen crossen.

Maar goed, ik had van de week al ongeveer 4x uitvoerig de handleiding van de fiets gelezen. Handig om als beginner te starten in de ‘eco-stand’ want die gaat niet zo hard. Ja duh, wat denk je zelf?! Het loopt nu al dun door mijn broek, dacht je dat ik gelijk op volle kracht zou gaan?! Natuurlijk moest je ervoor zorgen dat de accu vol is omdat je anders het risico loopt dat je ergens stil komt te staan. Getver, dat onderdeel had ik zelf niet in de hand. Verder moest je niet vergeten om hem aan te zetten, het licht aan te doen (en weer uit) en om hem op slot te zetten. Ik sprak mezelf moed in; heel bejaard Nederland kan het, dus waarom ik niet. De dag van de rit brak aan, ik ging nog maar even snel plassen vooraf, want je weet maar nooit.

De aardige collega van Facilitair die me de sleutel en accu overhandigde, gaf aan dat ik door de voordeur het pand kon verlaten. Maar bij de voordeur aangekomen bleek die nog op slot. Terug het gebouw dus door naar de achteruitgang. ‘Het fietsenhok is voor hoor’ werd me onderweg toe geroepen. Jahaaaa, maar die is nog gesloten. Let niet zo op me als het al zo spannend is! Na een behoorlijke voettocht kwam ik aan bij het fietsenhok. Waarom ging die deur nou niet open? Oh, ineens zag ik het, dat was de uitgang van het hok, daar kon je niet in. Ook in het fietsenhok was ik nog niet eerder geweest. Ik liep weer om. Aan de andere zijde zwaaide de deur uitnodigend open.

De gereserveerde fiets straalde me tegemoet. Wat een mooi ding. En wat fijn dat er fietstassen op zitten, daar kan mijn tas in. De accu schoof er zo in en het display was gelukkig precies zoals in de instructie. Wat ik nog zorgelijk vond, was dat ik de weg niet wist. Heel ingewikkeld was het niet, maar ik wilde toch de navigatie graag aanzetten. Hoe blij word je dan als er op je fietsstuur een rubber houdertje zit waar je mobiel ook gewoon inpast! Ik stelde de route in en deed mijn draadloze oortjes in mijn oren. Direct zong André Hazes junior heel hard het nummer ‘Leef’. En dat om 08.00 uur in de ochtend. Gatverdamme. Ik weet niet meer hoe, maar het lukte me om hem de mond te snoeren. Ik wilde alleen de route horen. Als ik nou maar niet zo hard ga dat de oortjes eruit vliegen? Nou, eerst maar eens het fietsenhok uit. Op de deur van de uitgang hing een bordje met tekst dat je de blauwe knop ingedrukt moest houden om hem te openen. Ik zocht drie muren af, maar vond geen blauwe knop. Ik deed mijn bril op, misschien was ie heel klein? Na een paar minuten knullig om me heen geloerd te hebben, vond ik het ding achter een soort bordje. Ik kon eindelijk fietsen.

Het was een prachtige najaarsdag, de warmste sinds jaren en dat was voelbaar aan de heerlijk opkomende zon. De eco-stand was erg relaxed maar schoot niet op. Ik durfde naar de tour-stand te schakelen. Het viel me op dat ik niet gelanceerd werd, maar dat trappen geen moeite kostte. Van een elektrische fietstocht kreeg ik het niet heet. De routeplanner deed zijn werk en ik hoefde zelfs niet te zoeken. Ik begin de elektrische fietsers te snappen, dit is heel relaxed en went snel zeg! Toen ik aan het eind van de dag terug moest, durfde ik zelfs de snelste stand in te stellen. Met 26 km per uur vloog ik tegen wind terug naar mijn bestemming. Door de prachtige omgeving, tussen de weilanden en akkers en boerderijen. Het was een heerlijk tocht op een heerlijke fiets.

Nadat ik sleutel en accu weer had ingeleverd, kon ik aan mijn reis naar huis beginnen. Tien minuutjes met de trein en het laatste stukje op mijn eigen fiets. Mijn eigen fiets, die ik altijd zo de hemel in prijs omdat ik er zo blij mee ben. Nadat ik ongeveer tien meter had getrapt stapte ik af. Ik had toch geen lekke band? Waarom kwam ik niet vooruit? Het voelde alsof ik wel twee lekke banden had. Na inspectie bleek er natuurlijk niets aan de hand. Mijn eigen fiets is niet elektrisch, wat een tegenvaller opeens. Ik heb mijn eigen fiets nu een jaar of vier, mocht ik nou een andere moeten…..