Ons kind moest nog zeventien worden en opperde vrolijk wel met een vriendenploeg op vakantie te willen. Ik deed mijn best niet te laten merken dat ik me verslikte in mijn koffie en informeerde quasi luchtig wat ze in gedachten hadden (misschien viel het mee). De moed zonk me verder in mijn schoenen bij het horen van de Spaanse bestemmingen. Mijn voorzichtige voorstel om eerst een keer naar bijvoorbeeld Terschelling te gaan werd geïrriteerd en resoluut van tafel geveegd. Mijn lief las denk ik de wanhoop in mijn ogen en knipoogde snel maar betekenisvol waaruit ik opmaakte ‘komt wel goed schatje’. Gelukkig ging het gesprek daarna snel over iets anders en kreeg ik weer een beetje lucht.
De tijd verstreek en het onderwerp verdween naar de achtergrond. Tenminste, dat dacht ik. De boys hadden nog steeds wilde ideeën maar omdat plannen nog niet zo goed in hun pubersystemen zit, liep het uit op niets. Volledig bewust van het feit dat ons mannetje klaar is voor de volgende stap, genoten we daarom extra van de gezinsvakantie. Dit zou zomaar eens de laatste keer kunnen zijn dat hij mee wil. En ondanks dat ik het doodeng vind om hem te laten gaan, moet ik realistisch zijn want ik was jonger dan hij toen ik apart van mijn ouders vertrok.
Ik ging ooit met mijn verkering naar Griekenland. De veel te dure reis betaalde mijn ouders, ik werkte zelf voor het zakgeld. Na drie dagen op het bloedhete eiland kregen we slaande ruzie en vroeg ik me huilend af wat ik daar deed. Die vakantiefoto’s liggen nog ergens en als ik naar dat dunne geblondeerde meisje kijk realiseer ik me wat een kind ik nog was.
Mijn oma was al tegen de negentig en zei elk jaar in de vakantieperiode: ‘Als eerst de jongens maar weer thuis zijn!’ En met ‘de jongens’ bedoelde ze haar kroost van bijna zeventig. Als haar kinderen het land uit waren was ze doodongerust. Wat heb ik daar altijd om gelachen maar ben bang dat ik ook zo ben.
De kogel is inmiddels door de kerk; de jongens hebben besloten naar Kos te gaan. Er moest alleen nog even geboekt worden. Dagenlang werd er intensief geappt, gebeld en samengekomen voor de inspiratie en uitzoeken van de accommodatie. Van de vijf jongens is er maar eentje achttien dus hij moest de boeking doen. De lolbroeken hadden bedacht dat het leuk zou zijn om in een geparkeerde auto de reservering te maken. Mijn aanbod om gezellig hier aan tafel te komen zitten was geen optie, in de auto was het lachen. Mijn lief merkte op dat ze voor vertrek nog wel graag kennis zou willen maken met de medereizigers. Ons kind vertrok, geen tijd te verliezen.
Nog geen tien minuten later zwaaide de voordeur open en stonden vijf schuchtere lieverds in onze woonkamer. ‘Je wilde ze toch zien? Nou dit zijn ze.’ De achttienjarige bleek geen internetverbinding te kunnen krijgen in de auto dus de kennismaking was onontkoombaar aangezien ze toch van ons keukentafelaanbod gebruik wilden maken. De namen die we eerder al zo vaak voorbij hadden horen komen kregen gezichten erbij. Rugtassen gingen open en laptops en mobieltjes kwamen tevoorschijn. ‘Hebben wij een reisverzekering mam?’ informeerde ons kind. Een andere maat belde met zijn moeder met dezelfde vraag. Mijn lief en ik keken elkaar aan met smeltend hart, wat was dit leuk om te aanschouwen. Wij deden net alsof we gewoon verder tv keken, maar ondertussen luisterden we vol overgave naar de bloedserieuze doorpakkers aan tafel. Binnen no-time was de reis geboekt en uitgelaten maakten de jongens aanstalten huiswaarts te gaan. Eentje zei nog; ‘Ik wilde vorig jaar al naar Terschelling, maar dat mocht niet van mijn ouders’.
Bij het checken van de identiteitsbewijzen bleek die van ons kind te zijn verlopen. Of ik even een afspraak wilde maken om een nieuwe aan te vragen? Ik keek op de site van onze gemeente en zag dat het nog wel even duurde voordat er ruimte was in de burgerzakenagenda. Daar wordt ons kind niet vrolijk van. Als hij iets in zijn hoofd heeft moet het gebeuren en een beetje snel graag. Ik gaf hem de tip om eerst een pasfoto te regelen en dan gelijk een afspraak in te plannen. Ik moet leren te stoppen met pamperen.
Een paar dagen later sprong meneer om 16.45 uur nog op de fiets richting fotograaf in het centrum. ‘Hij is toch tot 17.00 uur open?! Dat haal ik makkelijk.’ Ik liet hem. Doodgemoedereerd was hij een halfuurtje later weer terug met prima foto’s. Van de week had hij de zelfgemaakte afspraak voor het aanvragen van een nieuwe identiteitskaart. Daar heeft hij geen toestemming meer voor nodig dus ook dit regelt hij zelfstandig. Ondertussen zit hij zo vaak mogelijk in de sportschool om die killerbody nog even in orde te maken voor vertrek. Ik vertel mijn collega hoe spannend ik het vind dat ons kind voor het eerst met vrienden naar Kos gaat. ‘Joh, wees blij dat ie niet naar Chersonissos gaat!’ was haar reactie. En dat ben ik ook. Trots op onze groot geworden bink, maar net als oma levenslang ongerust ben ik bang.