‘Wat heb je gekocht van de cadeaubon van de kookwinkel?’ vroeg mijn lief. Gelukzalig show ik haar de snijbonenmolen en een lekker riant frisgroen gft-afvalbakje. Ik zie een wenkbrauw omhoog trekken als ze zegt ‘leuk’. Ik weet eigenlijk niet waarom ik de behoefte heb om het uit te leggen. Wij eten regelmatig snijbonen, heerlijk met kip en rijst. Met drie personen dien je 600 gram klaar te maken om aan de dagelijks aanbevolen hoeveelheid groente te komen. Weet je wel hoe lang het duurt voordat je die berg hebt ontdaan van de uiteindjes en daarna nog in flinterdunne reepjes moet snijden? Die zoute drop-modellen die ik wel eens serveerde werden door iedereen afgekeurd; te groot. Niemand die aanbiedt om mijn boontjes even te doppen; er is toevallig op dat moment altijd huiswerk, een klusje dat echt af moet of ernstige sanitaire aandrang. Tegenwoordig knip ik in no-time de topjes om ze daarna (met twee tegelijk) door het molentje te jenzen. Wat een feest.
Het gft-bakje is nodig na de intreding van de afvalscheiding. Voor ons kind blijkt dat nog steeds een doodvermoeiende en haast niet uit te voeren exercitie. Elke dag vis ik wel een bananenschil uit de plasticbak of een lege chips zak uit het restafval. Hij vindt mij een zeikerd, ik snap niet dat hij het niet kan onthouden. Toen ik klein was hadden wij gewoon nog een zinken vuilnisemmer. Daar ging alles in, niemand had ooit gehoord van afvalscheiding. Hoe deden we dat toen in hemelsnaam? We hadden een gezin met vier personen en elk huishouden had maar één zo’n emmer. De vuilnisman kwam twee keer per week en blijkbaar paste alles erin. Als je teveel had, dan kon je dat bij een alleenstaande buurman erbij proppen. Als je met z’n allen in de tuin zat was het een prima extra zitplaats (mits je het openingsoog niet vergat).
Het zal begin jaren tachtig geweest zijn dat de zinken emmer plaats maakte voor een grote grijze Kliko. In den beginne wist ik niet dat ‘Kliko’ een merknaam is. Voor ons blijft het gewoon ‘de Kliko’. Terwijl het een verrijdbare container is. Dat ie nieuw was en kon rijden vonden mijn broer en ik zó geinig, dat ik erin klom en hij me de hele tuin door reed. Deksel dicht en lekker hard de verhoging af natuurlijk, lummel. Dat waren nog eens tijden, want in die grijze Kliko mocht alles. Er waren al glasbakken, maar daar maakte lang niet iedereen gebruik van. De vuilnisbak zette je één keer per week gedachteloos aan de weg.
Tegenwoordig hebben we twee groene bakken (grote tuin), een plastic bak, een bak voor papier en karton en het restafval moet in de ondergrondse container bij ons om de hoek. Ontmoedigingsbeleid. Men hoopt dat je geen zin hebt om te lopen en dus zoveel mogelijk zal scheiden. Ik scheid me gek en vind het niet erg om te lopen. Evengoed moeten we regelmatig naar de ondergrondse, gewoon omdat onze restafvalbak weer vol is met restafval. Vergeet haast te vermelden dat we ook nog glas apart houden. In een kast staat een doos voor papier en karton, dan hoef je niet elke keer naar buiten. En in een la hebben wij een doosje voor batterijen. Even achteloos iets weggooien is er niet meer bij. De hondenpoep gaat in de daarvoor bestemde bakken in onze wijk. Met oude apparaten moet je naar het afvalbrengstation. Als je mazzel hebt kun je het achterlaten in de winkel waar je iets nieuws koopt. Maar ik ga toch niet met mijn kapotte mixer of klapgril richting MediaMarkt? Hebben we tegenwoordig meer verpakkingsmateriaal dan toen? Of hebben we meer te besteden en kopen we ons suf? Tijden veranderen. De krant lees ik digitaal, frisdrankflessen gaan terug voor het statiegeld. Daar kan het niet in zitten. De ene keer per week dat nu je bak wordt geleegd, moet je eerst je app bekijken om te zien welke het is. Elke bak komt dus maar één keer per vier weken aan de beurt. Godzijdank mag in de zomer de groenbak wekelijks worden aangeboden.
Ik zou best weer zo’n zinken emmer willen voor het restafval. En dan het liefst met ‘Zaandam’ in de deksel. Ik kom er op Marktplaats al gauw achter dat het een gewild object is. Maar ze zijn natuurlijk inmiddels gedeukt, roestig, te duur naar mijn zin of er staat ‘Velsen’ op, of ‘Meppel’. Laat maar. Alleen maar omdat het een curiositeit is? Eigenlijk hebben we al ouwe zooi genoeg. Misschien toch eens iets weggooien? Eerst even goed nadenken waarin. Ben blij voor de vuilnismannen dat er tegenwoordig wielen onder de bakken zitten. Zelfs leeg waren die zinken dingen natuurlijk niet te tillen. Maar net zo goed dat toen niemand van afvalscheiding had gehoord, denk ik dat niet één vuilnisman wist dat het Arbo technisch gezien veel te zwaar was. We scheiden ons helemaal suf, maar gedachteloos iets weggooien, daar kan ik soms nog wel eens naar terugverlangen.