Alledaags

Laatste project

Bij het ophangen van de was komt er een tuinbroek met galgen voorbij. Hij zit vol met verf, epoxyresten en ander smeersel. Het is dat ik weet dat ie net gewassen is want je ziet het er niet aan. Op deze manier is er een heel assortiment kleding van mijn lief, variërend van T-shirts tot spijkerbroeken en truien. Mijn lief is namelijk begonnen aan een nieuw project. We hebben een andere boot. ‘Dit is echt de laatste’ is er stellig beloofd. Ik doe lachend alsof ik het geloof, maar eigenlijk maakt het me ook niet uit. Een nieuw project is leuk, want daarmee moet er altijd iets bedacht, geregeld, aangeschaft of gecreëerd worden. En dat haalt je uit de sleur van alledag. Voor mijn lief dan hè, ikzelf ervaar geen plezier aan klussen in de schuur. Mijn taak in het project is meedenken over het gewenste resultaat en faciliteren zodat het project ongehinderd doorgang kan vinden. En dat is noodzakelijk aangezien wij komend voorjaar dolgraag weer willen varen. Dus dat ding moet wel af zijn. Omdat wij beiden bijzonder pietluttig zijn, moet het mooi worden en dat kost nou eenmaal veel tijd.

Ons ochtendritueel in het weekend is inmiddels standaard. Mijn lief struint het internet af naar allerlei boot gerelateerde info en goedkoopste aanbieders, ik schrijf een stukje over totaal iets anders. Twee laptops tegenover elkaar en koffie erbij. In gedachten beiden in een andere wereld en dat werkt prima. Ook voor ons kind, die meestal dan nog slaapt. Onszelf fatsoeneren en eten komt later. Tegen het middaguur sukkelt ons kind de trap af omdat hij weet dat er eten geserveerd wordt. Tijdens de brunch hoor ik wat de planning in de schuur is voor vandaag.

Er is altijd wel iets op wat dringend moet worden bijgekocht. Negen van de tien keer hout maar ook vaak impregneer (epoxy, want op een boot moet alles waterdicht worden), lijm, harders, oplosmiddelen zoals Aceton, maatbekers, verfrolletjes, inzetbakjes, primers en DD-lak. Het lijkt alsof er een onuitputtelijke voorraad in huis is, maar op wonderbaarlijke wijze is er altijd van iets tekort. Bij scharnieren, pluggen, schroeven en leidingen hetzelfde verhaal.  En als de boel dan eindelijk in huis is (hieperdepiep hoef ik ook wel eens niet mee) klinkt nog regelmatig gevloek vanuit de schuur omdat de pijp net te smal of te wijd is, een schroef geen RVS is of een voorraad lijm verdroogd blijkt. Dus weer terug naar die ellendige bouwmarkt of de watersportwinkel. Of nog erger (ja, dat kan ook) naar Polyservice in een industriegebied in Amsterdam. Je kunt er ook online bestellen maar naast het feit dat je dat een tientje extra kost, kun je niet verder met je klus omdat je moet wachten op de bezorger. Ik vind het er zo verschrikkelijk dat ik er stiekem wel meer tientjes voor over heb, zolang ik maar niet mee hoef. Maar dat vertel ik mijn lief natuurlijk niet. In de bouwmarkt kun je als partner nog wel eens afdwalen richting tuinplantjes, bij Polyservice hebben ze alleen blikken en jerrycans met chemisch spul. En betweterige verkopers die zeker weten dat je minimaal zes peperdure producten nodig hebt waardoor het nooit leuk is.

Gelukkig hebben we, volgens mij, de meeste basiselementen wel in huis waardoor het project van mijn lief in volle glorie is begonnen. Als eerste werd de kajuit van de boot verwijderd. Die ligt nu in de tuin te wachten op een nieuwe Marktplaatsgegadigde. Zo niet, dan moeten we hem in stukken zagen en naar het afvalbordes brengen. De plastic buiskap en kussens, die net zo oud waren als de boot zelf, zijn direct afgevoerd toen we de vorige keer richting afvalbordes togen. Ook de inboedel is eruit gekieperd. Het hele interieur is eruit gezaagd, de watertank is eruit en de dieseltank leeggemaakt en uitgesopt. Daar zat niet alleen drab in maar hele klonten. Daar draait een dieseltje niet lekker op. Het stuurwiel vond ik gelijk al stom, mijn lief vond hem nog wel gaan. Maar toen de overbuurman jolig opmerkte ‘Hey, dat noemen wij een Berenboot stuur’ was het gedaan. Ook het stuurtje werd bloedig losgemaakt en wordt niet meer teruggeplaatst. Het was nog een hele toer omdat het vast zat aan een console met een enorme bult ‘spaghetti’ van elektradraden eraan.

Voorts hebben wij samen een groot wensenpakket dat tot uitvoer gebracht moet worden. Naast het feit dat de boot mooi gemaakt moet worden, willen we er ook kunnen plassen, handen wassen, een potje koken, iets kunnen zien in het donker, er weer in kunnen klimmen na het zwemmen en in slaap kunnen sukkelen als we moe zijn. Ik wil er een kop koffie en thee kunnen fabriceren dus het kommaliewant moet er weer in. (Zo heet het tafel- en eetgerei aan boord). Natuurlijk moet de boot nog een naam krijgen, hij moet verzekerd worden en er moet een ligplaats komen. Er wordt gezocht, gebeld, geregeld en half Nederland doorgereden. Werken aan een project is best ontzettend leuk en gezellig. Buurman Richard is hier kind aan huis, want hij weet zo lekker veel en kan ook alles.

Mijn lief brengt de dagen door in de schuur, ik regel de dingen in huis. Maar als het avondeten klaar is, is het heel gênant om elke keer te moeten schreeuwen richting schuur. Erheen lopen is ook vervelend, want meestal pruttelt er nog een pannetje of ik heb geen schoenen aan. We hadden al een bel boven voor ons kind, nu is er ook een bel voor de schuur. Vanuit de keuken bedien ik de bellen en met een beetje geluk schuift er iemand aan tafel. Meestal als eerste ons kind omdat er in de schuur net een smeersel is aangemaakt dat niet kan wachten omdat het anders uithardt. Er zijn dan twee eet-opties; niet samen eten of koud eten. Ik zoek nog steeds naar een middenweg. Het beste is toch om een halfuurtje voordat het eten klaar is even in de schuur te informeren of het eten rond zes uur door kan. Dat scheelt frustratie. En als ik dan in de schuur kom, ben ik meestal net op tijd om iets vast te houden of aan te geven. Verder stoor ik mijn lief zo min mogelijk in de werkzaamheden. Stel je voor dat het niet op tijd afkomt.