Alledaags

Kerstboom

Vroeger bij ons thuis waren we dol op Sinterklaas. Bij mij is dit altijd zo gebleven. Een gelukzalig nostalgisch warm gevoel dat ik mijn leven niet meer kwijtraak. Als je eens rondvraagt zul je merken dat mensen óf dol zijn op het Sinterklaasfeest óf Kerst vieren. Een tussenweg is er meestal niet. Behalve dat ik het heerlijk vind om een extra vrije dag te hebben, heb ik weinig met Kerst. Als je geluk hebt is het gezellig, maar dat kan net zo goed op elke andere dag in het jaar. Natuurlijk nodigen we mensen uit of worden zelf uitgenodigd maar de hele dag afspraakloos in pyjama door het huis scharrelen, vind ik net zo lekker. Uitgebreid koken doe ik evengoed wel. Maar dit jaar, de eerste kerst zonder mijn vader heb ik er helemaal geen zin in.

Van de week zei ons kind; ‘he, ik heb zo’n zin in kerst!’ Grappig want hij heeft niet zoveel met Sinterklaas, hoe erg ik mijn best er ook voor gedaan heb. Toen ik hem vroeg waarom, antwoordde hij ‘nou gewoon, gezellig met die kerstboom en al die lichtjes’. Ik wist meteen dat ik mijn dwarse kop recht moest draaien en dat we toch gewoon een kerstboom moesten aanschaffen. Het feit dat opa er niet meer is, is natuurlijk geen reden om in grafstemming te blijven tijdens de feestdagen.

De dag dat we gepland hadden om de boom te kopen ging voorbij zonder dat we er erg in hadden. Ik maakte me niet druk, ze waren vast nog lang niet uitverkocht. Toen we een andere ochtend lang gewinkeld hadden (en ik blij was naar huis te kunnen) gaf mijn lief aan nog even naar de bouwmarkt en de scheepswinkel te moeten. Zoals gebruikelijk wordt dit altijd op het laatste moment aangekondigd, omdat alom bekend is dat ik hier nooit zin in heb. Maar dan konden we gelijk een kerstboom meenemen. Omdat ik niet altijd wil zeuren stemde ik in. Die boom wilde ik tenslotte ook. Ondanks dat ik al ontzettend nodig moest plassen wilde ik niet eerst naar huis. Dan duurde het boodschappen doen nog langer en ik had al geen zin.

Ik probeerde positief te blijven. Als je zo vaak in de bouwmarkt komt, weet je precies waar de klantentoiletten zijn. Nadat ik de eerste deur weer dichtdeed omdat de geur en remsporen té ranzig waren, vond ik een redelijk fris ogend toilet. Ik weet niet of het komt door mijn dikke winterjas of mijn extra kilo’s, maar wat een heisa om je in zo’n hokje te wurmen. Ik wilde niets aanraken maar dat was schier onmogelijk. Het haakje aan de deur was afgebroken, dus mijn tas moest ik vasthouden tijdens het plassen. Best een hele toer als je de bril niet wil raken en niet wil omvallen.

De kerstbomen stonden buiten uitgestald. Prima, ik  wilde er niet te veel tijd aan besteden. We hebben er drie  bekeken. Om de beurt vasthouden zodat de ander op afstand kan kijken. We besloten de laatste te nemen. Een handige winkelmevrouw met een lullig kerstmutsje op, zwiepte de kerstboom handig door een koker zodat hij in een netje meegenomen kon worden. Mijn lief schoof hem daarna behendig onderin de kar, precies met de natte vieze stam tegen mijn schone spijkerbroek. Nu hoefde er alleen nog maar een paar zekeringetjes gezocht te worden en dan konden we naar huis. Oh ja, en nog langs de scheepswinkel. Het resulteerde erin dat ik eenzaam naast de kar stond te wachten tot mijn lief weer tevoorschijn kwam. Want om bloedig te gaan zoeken, met die kar met kerstboom erop, vond ik geen optie. Er liepen namelijk nog veel meer mensen in het gangpad met karren en bomen, waardoor ik al blij was dat ik de kassa’s had bereikt.

Op zoek naar onze auto op de parkeerplaats begon mijn lief ineens heel hard te lachen. Even verderop stond een mevrouw heftig te discussiëren naast haar auto met een winkelmedewerker van de bouwmarkt. Het behoefde weinig uitleg; het hengsel van haar aangeschafte 10 liter emmer latex was blijkbaar losgeschoten, net toen ze hem in de kofferbak wilde zetten. Een plons witte latex vanaf het dak tot onder haar banden van haar auto was het resultaat. Wat verschrikkelijk. Ik maande mijn lief om te stoppen met lachen. Als ik die mevrouw was en ik had gezien dat er iemand lachte, had ik de rest van die emmer richting lolbroek gesmeten.

Nadat we de achterbank plat hadden gelegd, kon ons boompje gelukkig gemakkelijk met ons mee. Bij de scheepswinkel waren we wonder boven wonder snel klaar. Mijn lief ging even alleen, zodat ik in de auto kon wachten.

Toen we eind van de middag thuiskwamen informeerde mijn gezin wat er die avond op het menu zou staan. Sudderlappen die ik vanmorgen al in de pan had moeten doen om ze tegen zessen gaar te hebben. Waarom maak ik de voorbereidingstijd voor ons eten altijd zo lang? Als de dag anders loopt dan verwacht, lukt de planning niet meer en heb ik eten in huis waar ik niets mee kan. Ik heb nog nooit zo snel lappen gebraden als die middag. Misschien lukte het toch nog. Mijn lief had ondertussen een andere frustratie want de stam van de kerstboom bleek nog afgezaagd te moeten worden want die was scheef. Ook zou hij (na zagen) beter water opnemen volgens mijn lief. Toen we dik na zessen aan tafel zaten, bleek het vlees toch nog goed gelukt. Mijn lief had ondertussen gezaagd en de boom neergezet en ik de kerstspullen van zolder gehaald. Maar waar lagen de lampjes? Na wat gekibbel over en weer (jij was toch op zolder, heb je wel goed gekeken?),  wisten we ineens weer dat we ze afgelopen jaar hadden weggegooid. Er waren er teveel kapot gegaan maar nu hadden we dus niets. Gelukkig, hoefden we niet meer te versieren vandaag.

Toen ik de volgende dag uit mijn werk kwam was mijn lief net vertrokken naar haar werk. Wat is de kerstboom ineens groot! Ik zie dat hij op een tafeltje staat en er zitten lampjes in. Ze was er dus op uit geweest om ze te kopen. Maar ik had totaal geen zin had om aan het versieren te beginnen. Elk jaar eigenlijk niet. Het duurt uren en het feit dat het er over een paar weken weer allemaal uit moet…… Na het eten besloot ik toch dat het moest gebeuren. Als ik de dozen openmaak ben ik toch elk jaar weer verrast door mijn eigen spullen. Dat is dan wel weer grappig. De paarse kleur die we vorig jaar aan de zilveren ballen hebben toegevoegd vind ik nog steeds mooi. De harten van belletjes ook. En het glazen draaimolentje krijgt weer een ereplekje bovenin de boom zodat je ‘m goed kunt zien. Mijn bonusschoonvader had vroeger een draaimolen en het glazen molentje doet mij altijd weer extra aan hem denken. Dat doet de decembermaand wel altijd; het maakt me melancholieker dan anders. Ik sta vaker stil bij de mensen die er niet meer zijn. En hoe gezellig het was toen ze er nog wel waren. Elk jaar komen er meer bij. Het geeft weer aanleiding om de mensen om je heen te blijven koesteren. Dus toch maar weer een paar kerstkaartjes.

De kerstkrans hangt altijd zo mooi aan onze spiegel en die geinige glitter rendierenbril heb ik ook weer teruggevonden.  De pluche kerstmutsen laat ik dit keer in de doos. Het kan te gek ook. De lamp boven de eettafel versier ik weer, met de speciaal daarvoor aangeschafte paarse slinger, en hang er symmetrisch een paar ballen aan. De kerstkrans met lichtjes, die ons kind op de kleuterschool maakte van boterhamzakjes, blijft leuk. Dat heeft juf Elly toch maar mooi geregeld toen. Wel jammer dat ons kind er toen zo weinig zin in had. Op het ijzeren frame was ruimte voor ongeveer 50 zakjes, maar hij hield het na ongeveer 20 voor gezien. Elk jaar glimlach ik bij het zien van dat kale ding. De volkomen scheef gefiguurzaagde en zilver geschilderde kerstboom uit de tijd van juf Esther, krijgt een plekje op de vensterbank. De miniatuur kersthuisjes met gekleurde kitscherige lampjes van vriendin Els, zet ik op de plank boven de bank. Er zijn maar twee ballen kapot gekletterd tijdens mijn versiersessie.

De avond is om als ik de bijna lege dozen weer naar zolder breng. De eerste kerstkaart, van een lieve ex collega, ligt al op de mat. Ook zij is haar vader kort geleden verloren. Waarschijnlijk heeft zij ook weinig zin in feest. De nieuwe lampjes in de boom kunnen naast (verschrikkelijk) knipperen, ook gedimd worden. Nee schat, ze staan al op de laagste stand! Mocht je onverwachts besluiten om bij ons op bezoek te komen, wat wij natuurlijk altijd gezellig vinden, neem dan je zonnebril mee. Want het ledlicht in onze boom, in de meest gedimde stand, doet pijn aan je ogen. Fijne feestdagen!