Hadden wij vroeger niet veel meer dan het Donald Duck vakantieboek, onze Lego, boeken en poppen, bij de kinderen van nu is dat anders. Er wordt gegamed en lezen is stom. Het lijkt wel of alle jongens gamen. En wij ouders vinden, net als onze ouders vroeger, al dat geweld op tv niet leuk. Bommen, granaten, geschiet en explosies. Je kunt het een tijdje tegenhouden, maar als je kind gewoon bij iemand anders gaat gamen, dan maakt het ook niet veel meer uit. Op een gegeven moment bezwijk je toch en komt er een Playstation. Met spelletjes erbij; games zijn dat. Alles moet in het Engels. Dat is heel erg van nu. Ik ken het jargon, maar schrijf altijd graag in het Nederlands. Dat lukt maar lastig als het over gamen gaat. Is de vertaling ‘spelen’? Dat klinkt erg lullig. Na een jaar is je Playstation gedateerd (zo slim van de makers) en moet er een nieuw model komen. Nu kunnen we dat nog wel eens een jaar of twee uitstellen, maar als het echt niet meer gaat is er gelukkig Marktplaats. Dan kun je in elk geval de opbrengst van de oude weer bij de nieuwe leggen. En er komen ook steeds nieuwe spellen uit. Die echt veel beter en stoerder zijn dan die vorige. ‘Want echt iedereen heeft die al, behalve wij!’ Zucht.
Net als de rest van de Nederlandse jongens gamet ons kind. In een bloedhete, meestal muf geworden en naar zweet ruikende jongenskamer. Omringt door snoeppapier, lege glazen, plakkende druppels van gemorste frisdrank, kruimels en meer gebruikt serviesgoed. Als wij beneden zijn weten we dat er gegamed wordt omdat er dan allerlei kreten en geschreeuw van boven klinkt. Dat komt door de opwinding van het spel. Of van de frustratie van het verlies. Maar gamen is natuurlijk wel een beetje verslavend. Als je een potje verliest, wil je het gelijk nog een keer proberen in een nieuw potje, en daarna nog een keer. Niet geremd door huiswerk of bedtijd. Daar moesten dus wat stokjes voor gestoken worden.
De afspraak is dat er pas gegamed mag worden als het huiswerk af is. Jeetje, wat gaat dat ineens vlug. Na het eten wordt er in de avond niet meer gegamed, want anders komt je ten eerste niet in bed en als je er wel inkomt, dan lig je nog te stuiteren van de adrenaline. De afspraken werken prima, behalve als wij wel eens weg zijn. Dan is er natuurlijk vrij spel om te doen wat je wil. En als je schoolcijfers dan tegenvallen, hebben wij wel een donkerbruin vermoeden hoe dat komt. Het gevolg is meestal dat mijn lief het snoer van de Playstation afpakt en verstopt. Menig keer heeft ons kind het huis ondersteboven gekeerd in de hoop het snoer terug te vinden. Gelukkig is mijn lief nog steeds slimmer waardoor ik af en toe een stekker aantref in mijn wasemmer, tussen de handdoeken of onder de gootsteen. Maar omdat ons apie ook niet op zijn achterhoofd is gevallen, heeft hij ook wel eens zelf zijn snoer verstopt. Ja, want anders ga jij ‘m verstoppen! Daar kon ik wel om lachen. Bedenk het maar. Het grappige is ook dat zijn haardracht zijn spelen verraad. Door de koptelefoon die je erbij op hebt heeft hij steevast een overdwarse gleuf op zijn hoofd. Een diepe deuk in zijn kroeshaar. Geen gezicht.
Het niet kunnen stoppen met gamen is zo irritant. Zo is regelmatig vergeten om de hond uit te laten, is meneer vergeten te eten of zijn andere verplichtingen niet gedaan. Te laat verschijnen aan de eettafel, daar knap ik ook niet van op. Ik wacht niet meer, na twee keer bellen begin ik te eten. Toen hij het een keer zó bont had gemaakt met gamen, lag er in de ochtend een doormidden geknipt snoer op de eettafel. Pontificaal had mijn lief de schaar erin gezet en wilde het op deze manier laten voelen. Nog voordat hij het gezien had was ik woest, want nu moest er nog geld uitgegeven worden ook aan een nieuw snoer! Ik hoorde later pas van mijn lief dat we nog een extra snoer in huis hadden. Als deze info mij vooraf verstrekt was, had het me een pesthumeur gescheeld.
Toen ik van de week de rijststomer wilde gebruiken, was het bijbehorende snoer verdwenen. Ik vroeg mijn gezin wie er iets vanaf wist. ‘Oh’ was het antwoord van ons kind ‘was dat snoer van de rijststomer? Ik dacht dat het mijn HDMI-kabel was!’