Als ik de post van de mat pak, zit er een brief bij voor mij; van de Politie. Het gezellige envelopje van onze vrienden van Ali-Express is helaas geadresseerd aan mijn lief. Toch altijd teleurstellend omdat ik ook nog leuks verwacht. Een beetje opgewonden bedenk ik me waarvoor ik aangeschreven zou worden door onze ‘Eenheid Noord-Holland’. Het ‘Basisteam Zaanstad’ beschrijft keurig het adres dat ik inderdaad herken als het Politiebureau in onze stad. Bij het ‘kenmerk’ staat een indrukwekkend nummer van veertien cijfers met twee hoofdletters ervoor. Verder is het behandeld door ‘BTR’ en is het onderwerp ‘terugkoppeling van uw zaak’. Mijn zaak? Ineens begint het me te dagen dat dit alleen om mijn aangifte van mijn gestolen fiets kan gaan. Maar dat was (ik zoek het proces-verbaal erop terug) nu zes maanden geleden. Zou mijn fiets gevonden zijn?! Opgewekt lees ik door.
Ik heb aangifte gedaan van een strafbaar feit, ik sta geregistreerd als aangever en/of slachtoffer en ik word hiermee op de hoogte gehouden van de afhandeling van ‘mijn zaak’. Er zijn op dit moment te weinig aanwijzingen of informatie om een onderzoek te starten. De zaak wordt wel bewaard, voor het geval er nieuwe informatie boven tafel komt. Of ik ze dan wil informeren zodat ze contact met me kunnen opnemen. Als ik nog vragen heb kan ik bellen (uiteraard alleen tijdens kantoortijden) als ik maar het nummer van het proces-verbaal bij de hand heb. Helder. Mijn fiets is niet gevonden. Er is ook niet gezocht denk ik. Net zoals ik me bedenk dat er helemaal geen enkele vorm van speurwerk aan te pas is gekomen gezien het feit dat de aanhef in de brief ‘geachte heer/mevrouw’ is. In mijn aangifte staat toch duidelijk ‘mevrouw’ bovenaan pagina 1. Ik snap dat de agent deze er misschien niet bij had en alleen beschikte over het nummer van het document. Of zoiets. Alhoewel ik weinig heren ken die Tanja heten. Maar goed, ik vind het netjes dat ik op de hoogte word gehouden.
Maar het is nog niet alles, de brief gaat verder. Er volgt uitgebreide informatie over Slachtofferhulp. En dat zij mij kunnen ondersteunen op juridisch, praktisch en ook emotioneel gebied. Ik kan met ze praten over wat me is overkomen. Het telefoonnummer staat vermeld net zoals de website. Als ik ernstig psychisch letsel heb, kan ik zelfs een tegemoetkoming aanvragen bij het Schadefonds Geweldsmisdrijven! Ook hier volgt weer een telefoonnummer en een website.
Ons kind vraagt waarom ik een brief krijg van de Politie. Een beetje lachend vertel ik hem dat mijn fiets niet gevonden is, maar dat ik aan alle kanten steun kan krijgen. Sorry lieve vrienden, kennissen, familie en collega’s, als ik dat eerder had geweten had ik jullie mijn emotionele uitspattingen en frustraties omtrent de diefstal misschien kunnen besparen. Ik heb dagenlang tegen iedereen geklaagd, ben minimaal drie keer in huilen uitgebarsten en als ik eraan terugdenk ben ik nog steeds boos. En dat alleen omdat iemand mijn fiets heeft meegenomen zonder te vragen. Maar vooral op mezelf. Je bent natuurlijk een koe als je een dure fiets bij een station parkeert en (ondanks twee sloten) zo naïef bent om te denken dat dit wel kan. Maar ik ben niet gewond, mijn familie mankeert niets, ons huwelijk is nog in tact, ons huis staat er nog, mijn dierbaren mankeren niets en van mijn lieve collega kreeg ik haar fiets.
Ik snap dat dit een standaard brief is die de Politie stuurt ter afhandeling van een aangifte. Van elke aangifte die wordt afgerond. Ook als het om echt vreselijke dingen gaat. Dan lach je natuurlijk helemaal niet om de inhoud, maar ben je blij dat je handvaten geboden krijgt om verder te kunnen met je leven. Wat goed dat deze organisaties er zijn. Ik hoop ze nooit nodig te hebben en hoop dat ze anderen erdoorheen kunnen slepen. Of ik de hoop dat mijn fiets wordt teruggevonden heb opgegeven? Ik kijk niet meer dagelijks op Markplaats of ik ‘m tegenkom. Maar toegegeven, af en toe nog wel. Ik moet ermee stoppen. Wat heb je eraan om jezelf te kwellen. Half Nederland overkwam hetzelfde en ik maak er weer een drama van. Misschien moet ik ook de reservesleutel van mijn fiets weggooien, want die hangt nog steeds in ons sleutelkastje. Ik laat ‘m nog maar even…..je weet tenslotte nooit. En voor alle zekerheid bewaar ik ook de sleutel van het normale slot én die van het zware hangslot nog in mijn tas. Die ik elke dag bij me draag. Alsof, mocht ik mijn fiets ooit ergens zien staan, dezelfde sloten er nog opzitten!
De brief eindigt met informatie wat ik kan doen als ik bezwaar wil maken op de afhandeling. De Officier van Justitie gaat mijn zaak dan in behandeling nemen. Het adres staat erbij. Tot slot krijg ik de vriendelijke groeten van het Basisteamrecherche. Keurig zeg, wat is alles toch perfect georganiseerd in Nederland. Natuurlijk bel ik niemand. Misschien kan iemand mij eens bellen; om me voor eens en voor altijd duidelijk te maken dat ik moet ophouden te klagen over mijn gestolen fiets.